2 Verslagen van de Weerribbentocht 15 april 2012
Voor de foto's klik hier.     

Verslag 1 geschreven door Astrid Bijster

De Weerribbentocht begon al op zaterdag met het klaarmaken voor het vervoer van de Amstel en Wijde Blik op onze eigen botenwagen. De botenwagen gevuld met boten en al werd veilig achter slot en grendel gezet bij Theo Rood, zodat er zondagochtend geen tijd verloren werd.
Of nee, eigenlijk begon de tocht al een aantal weken eerder. We hebben met de Weerribbenploeg een aantal keren gezamenlijk geoefend door langere einden samen te roeien. De Weerribbentocht is 35 kilometer en we hadden tijdens de vorstperiode een tijdje helemaal niet geroeid. Tijdens onze oefenroeitochten hebben we vele hoeken en gaten aangedaan in ons eigen roeiwater. Voor de uiteindelijke tocht hadden we al aardig wat roeikilometers gemaakt met elkaar. Helaas is het nooit gelukt om met de hele Weerribbenploeg samen te oefenen.


Omdat Antoinette met een blessure kampt en er niet zeker van was dat ze de hele 35 kilometer kon roeien, bood Margreet aan om mee te fietsen en eventueel onderweg te wisselen. We hadden een plattegrond gekregen waar de hele roeitocht op stond, maar ook een fietstocht voor de eventuele fans. Margreet kreeg al snel gezelschap en ook Michiel, Kees en Afra gingen mee op de fiets. Het gebied van de Weerribben is prachtig ook voor fietsers.


We moesten vroeg uit de veren voor de Weerribbentocht. We hadden bedacht dat we vroeg in Steenwijk wilden zijn, zodat we een beetje vroeg het water op konden. Uiterlijk 6.30 wilden we vertrekken van de roeiboet. Dat lukte prima. Helaas was het wat regenachtig, terwijl we ons al een tijdje op de zon verheugd hadden, maar er was ons later op de dag wel wat zon beloofd. Aangekomen in Steenwijk bleken de boten al klaar te liggen in het gras. Peter bracht net de botenwagen weg naar de weg waar we in de berm alle auto’s en botenwagens kwijt konden.


Roeivereniging ’t Diep had de tocht prima georganiseerd. Bij binnenkomst kregen we per boot een geplastificeerde kaart van de tocht en een envelop met bonnetjes voor koffie en koek en voor soep na de tocht. Ook kregen we extra koek  met een leuk informatieboekje over riet, rietsnijden en zwarte fruinen, dat ik helaas pas na de tocht kon lezen (vanwege het sturenoverleg). Na de koffie en koek moesten de sturen (dus) naar het sturenoverleg in de botenloods. Daar werd de route nog eens toegelicht. Voor sturen bleek deze tocht ook erg interessant. In sommige dorpen is het water zo smal dat je er niet gewoon kan roeien. Je kan dan gaan peddelen als stuur, maar ’t Diep had goede ervaring met het halfzijdig roeien. Dat wil zeggen slippende riemen aan 1 kant en roeien met de riemen aan de andere kant en dan tegensturen. Als tip werd nog meegegeven dat het handig is om de boeg niet mee te laten roeien. Na het stuuroverleg wilden we snel weg. Iedereen werd haastig opgetrommeld en we gingen als 1 van de eersten het water op.  In de Amstel roeiden Peter de Jong, Theo, Antoinette (Margreet), Marion en Astrid. In de Wijde Blik roeiden Marleen, Ron, Geert, Thea en Peter van de Bergh.  Daarbij waren Marion, Astrid, Thea en Peter van de Bergh de sturen, die steeds onderling moesten wisselen.


In het begin hadden we nog wat motregen, maar het werd wel snel droog. Maar we hadden wel een forse wind (windkracht 4-5), die we in het begin mee hadden.
Al roeiend genoten we van de omgeving van de Weerribben. Altijd mooi om ergens anders te roeien. Er waren mooie dorpjes, bruggetjes, ooievaarsnesten, bladrietbossen, boerderijen en we zagen heel regelmatig weer onze fietsers, dat was reuze gezellig. Na het eerste flinke stuk vooruit moesten we rechtsaf en was er een stuk waar we konden aanleggen. Het was wel wat nattig op de veengrond, maar het ging prima. Iedereen kon even de benen strekken en wat eten.


Margreet stapte vervolgens in de boot en toen hebben we met zijn allen een heel prachtig en afwisselend stuk geroeid. Het bleek echter nog niet zo gemakkelijk om weer een goede aanlegplek te vinden. De aangegeven plaatsen waren of bezet of vielen erg tegen. Vaak was de veengrond erg nat en zompig. Of waren er nare paaltjes, die in de weg stonden. De sturen konden zo nu en dan op het water wisselen in de luwte. Daar worden we steeds handiger in. Maar de roeiers, die niet konden wisselen, waren op gegeven moment wel erg toe aan een pauze om de honger te bestrijden en de benen te strekken. Pas vlak voor Dwarsgracht lukte het om een goede aanlegplek te vinden. De fietsers werden gebeld, die bleken in Dwarsgracht te wachten en kwamen snel terug. Tegen een enorme berg hooi aan zaten we lekker beschut. Gesterkt konden we na een tijdje weer op pad, Antoinette roeide weer mee. Halfzijdig roeien door het prachtige Dwarsgracht. Dat lukte trouwens prima. Ook al eerder op de dag trouwens in Nederland. Alleen het laatste lange stuk terug over het kanaal met sterke tegenwind was afzien. Vooral voor de roeiers, die niet op de kaart kunnen kijken. Als stuur kan je regelmatig kijken op de kaart waar je bent. Misschien iets voor de volgende tocht om dat beter aan de roeiers te laten zien. Maar die hadden er ook om kunnen vragen.


Bij aankomst bij ‘Diep werden we al opgewacht door de fietsers en verrast met een berenburg of eventueel een sinasappelsap. Bijna iedereen ging voor de berenburg, alleen had Thea de berenburg over het hoofd gezien.
Met zijn allen werden de boten, riemen en spullen op de snel opgehaalde botenwagen geladen en konden we lekker aan de soep. En toen brak de zon pas door.
Daarna gingen we naar huis, achter de botenwagen aan.

Verslag 2 geschreven door Peter de Jong

Het is zondagochtend 15 april. Ruim voordat de haan heeft kunnen kraaien rijdt er een auto weg van het Veldhuis. Het is pikdonker en de regendruppels komen gestaag naar beneden. In de auto zitten twee mensen, beide met hun eigen gedachten. Waar de en zich voorbereid op een fysiek intensieve dag, denk de andere stilletjes aan het warme bed.
De reis verloopt voorspoedig. Rond kwart voor 6 komen zij aan bij het meeting-point op een verlaten industrieterrein bij Enkhuizen. Na enige tijd komt er in de verte een fietser aan. Hij groet de twee in de auto, zet zijn fiets snel weg en stapt soepel achterin. Rond zes uur komt er een auto zacht aanrijden. Twee mannen in donkere kleding stappen uit. De één loopt naar het hek van een bedrijfspand en opent dit snel en vakkundig. De andere blijft in de auto zitten. Klaar om snel te kunnen vertrekken.


In een enorm tempo volgen daarna de acties elkaar op. De man van de fiets loopt het bedrijfsterrein op en rijdt samen met de ander een aanhangwagen met twee roeiboten naar de weg. De aanhangwagen wordt gekoppeld aan de auto en, na het afsluiten van het hek, stappen de vier mannen in de ene auto. De andere auto rijdt weer terug naar Oostwoud. Bedankt voor het brengen en slaap lekker verder.


De tocht van de vier gaat naar de Weerribben, om precies te zijn het plaatsje Tuk. Daar zullen vandaag 14 leden van de roeivereniging De Kogge de uitdaging voor een tocht van 35 kilometer aangaan.  De reis verloopt voorspoedig. Het is rond deze tijd extreem rustig op de weg. In het oosten komt voorzichtig de dag ons tegemoet. Het is bewolkt en af en toe regent het iets.
Even voor acht uur komen we bij de roeivereniging ’t Diep aan. Ook hier zijn we onverwacht vroeg. De organisatie is zich nog aan het organiseren. Omdat het rustig is hebben we alle ruimte om de boten af te laden en roeiklaar te maken. Rond half negen druppelen de verschillende teams binnen. Ook onze eigen clubleden komen bij het prachtige clubhuis aan. Na het nuttigen van een kop koffie/thee met de plaatselijke lekkernij en de briefing aan de captains, klinkt rond 9.15 uur voor de roeiers van De Amstel en De Wijde Blik het “instappen gelijk”.


Het eerste deel van de tocht gaat met de wind in de rug richting Scheerwolde. Na een aantal kilometers roeien worden we ingehaald door vier fietsers die met ons meerijden om ons mentaal te steunen en, indien nodig, te vervangen. Onderweg genieten we van de omgeving. Van  vermoeidheid is mede door de intensieve trainingen nog absoluut geen sprake. Onderweg zien we in de buurt van Scheerwolde een paal met een ooievaarsnest. In het nest twee ooievaars.


De eerste stop is na een kleine 12 kilometer. Iedereen geniet van zijn/haar meegebrachte brood. Een enkeling kan haar brood niet vinden en wordt door anderen voorzien van de nodige broodjes. Kort na de eerste stop gaan we het echte veengebied in. Rietschoven, ooievaars, watervogels ……rust. Een prachtig gebied. Enige kanttekening is dat we door de onregelmatige walkant niet in staat zijn om onderweg aan te leggen. Het gevolg laat zich raden. Nadat we het plaatsje Muggenbeet zijn gepasseerd komen we bij het Giethoornsche meer. Door de harde wind slaan de golven tegen de bakboordzijde van de roeiboot. Het laatste restje energie is nodig om veilig de overkant te bereiken. Voor een enkeling is de energievoorraad nog voor de tweede stop op: hongerklop!  (Sommigen konden blijven roeien. De angst om alsnog ingehaald te worden door een ooievaar zat er blijkbaar behoorlijk in.) Uiteindelijk hebben we bij Jonen de beide boten veilig aan de kant kunnen leggen. Niet alleen een moment om  uitgebreid te eten en uit te rusten. Ook een  moment  om een sanitaire stop te houden.


Nadat een half uurtje zijn we weer in de boten gestapt voor het laatste stuk van de tocht. En wat voor een stuk. De laatste 5 kilometer  moesten we door een kanaal roeien. Strakke wind 4 tot 5 tegen. Beulen! (zou de naam Beulakkerwieden hiermee iets van doen hebben?)  De beloning was er naar. Bij het aanleggen werden we welkom geheten met een glaasje jus d’ orange of een kruidenbitter. De tocht zat er op.
Nadat we onder genot van de eerste zonnestralen van die dag, de boten weer hadden opgeladen en een genoten hebben van een kopje soep, zijn we weer richting Noord Holland vertrokken. Rond 19.00 uur kwamen we moe maar voldaan aan in Onderdijk.